Afgelopen week maakte Ajax-trainer Maurice Steijn bekend wie de nieuwe aanvoerder van zijn selectie is geworden. Dusan Tadic had als kapitein het in zijn ogen zinkende schip verlaten en een reddingsboot richting Turkije bemand. Bij Tadic was geen twijfel over zijn rol als aanvoerder. Om in Louis van Gaalachtige termen te spreken: Hij leverde. Jaar na jaar was Dusan Tadic binnen de eredivisie de zogeheten MVP, wat staat voor most valuable player. Als je aan het einde van het seizoen alle goals en assists bij elkaar optelde, stond hij bovenaan. Net als op het lijstje van de spelers die de meeste kansen creëerden. Behalve sportief gezien was Tadic ook als persoonlijkheid een aanvoerder. Hij ging voorop in de strijd, motiveerde zijn teamgenoten en als het nodig was frustreerde hij tegenstanders en scheidsrechter. Tadic speelde ook geen mooi weer. Als het slecht was, was het slecht en alleen vanuit die eerlijkheid kom je verder. Hooguit waren de vele clichés tijdens zijn interviews wat teleurstellend, al zal menig Ajax-fan de line ‘we need to pak schaal’ nooit vergeten.

Bergwijn. Met gefronste wenkbrauwen las ik het nog een keer. Steven Bergwijn is de nieuwe aanvoerder van Ajax. Ik stuurde het bericht door naar een vriend, die reageerde dat hij toch echt even dacht dat ik een bericht van de Speld had doorgestuurd. Waarom zou Maurice Steijn toch voor Bergwijn hebben gekozen? Ik moest meteen denken aan voormalige aanvoerders, bij wie geen enkele twijfel bestond. Ruud Gullit. Uiteraard vanwege zijn kwaliteiten, maar zijn uitstraling en verbale capaciteiten maakten hem tot een echte leider. Zoals René van der Gijp wel eens heeft gesteld: ‘Als je met Gullit in de spelerstunnel stond, stond je al voor de wedstrijd met 1-0 voor.’ Mark van Bommel. Een beetje op de manier, zoals Dusan Tadic het invulde bij Ajax. Niet dat Van Bommel dezelfde statistieken haalde, maar ook hij ging voorop in de strijd, was altijd bezig met het team als breder geheel, frustreerde tegenstanders en hij was een meester in het beïnvloeden van de scheidsrechter.

Bovengenoemde eigenschappen lijken geenszins van toepassing op Bergwijn. Afgelopen seizoen kwam Bergwijn tot 12 goals en 5 assists in 32 wedstrijden. Matige cijfers voor iemand die zoveel speeltijd in de voorhoede bij Ajax heeft gekregen. Daarbij leek hij in het veld doorgaans meer met zichzelf dan met het team bezig en zijn uitstraling en interviews na afloop waren allesbehalve sprankelend of inspirerend te noemen. Met een leeftijd van 25 jaar is hij ook relatief jong voor het aanvoerderschap. Toch kiest Steijn voor Bergwijn. De enige reden die ik hierbij kan bedenken, is dat de Ajax-trainer Bergwijn wil motiveren door hem deze rol toe te kennen. Hij wil dat Bergwijn verantwoordelijkheid gaat nemen en zich belangrijk gaat voelen. Kwaliteiten heeft de man namelijk ontegenzeggelijk. Marciano Vink maakte zaterdagavond bij De Eretribune een vergelijking met Orkun Kokcü, die door Arne Slot tot aanvoerder werd gemaakt bij Feyenoord. Op het moment van benoeming leek ook daar geen logische aanleiding voor, maar Slot zag vermoedelijk het potentieel dat in Kokcü opgesloten zat en dat hij wilde aanwakkeren. Met een titel op zak, waarin Kokcü een groot aandeel had, en een lucratieve transfer naar Benfica was dat achteraf gezien geen verkeerde zet.

Over de Eretribune gesproken: Ik ergerde me diezelfde zaterdagavond vreselijk aan het interview met aanvoerder Bergwijn na afloop van de wedstrijd Ajax – Heracles. Hans Kraay Jr. begon het interview als volgt: ‘In de studio zitten mensen, die vinden jou geen aanvoerder. Heb je je de afgelopen dagen al een beetje verdiept in wat voor aanvoerder jij zou willen zijn?’ Wat had ik Bergwijn graag zien reageren met: ‘Er zijn ook mensen die jou geen verslaggever vinden. Wanneer presenteer je eigenlijk weer die grappige filmpjes, waarbij mensen van een ladder af vallen of struikelen over hun hond?’ Bergwijn krabde echter verlegen aan zijn hoofd en vertelde rustig dat hij het op zijn eigen manier wilde doen, namelijk door zijn voeten te laten spreken. ‘Iemand nog een vraag voor de nieuwe aanvoerder, die het op zijn manier gaat doen?’ aldus Hans. Of Bergwijn verrast was door zijn benoeming tot aanvoerder? Hij gaf aan het niet verwacht te hebben. ‘Omdat je jezelf niet als aanvoerder zag?’ reageerde Hans direct. Bergwijn legde opnieuw rustig uit, dat hij zich meer op het voetballende gedeelte gefocust had. De minachting die uit de woorden van Hans en de vragen vanuit de studio naar voren kwam, was stuitend. Natuurlijk, de twijfels en vraagtekens die bestaan rond zijn benoeming tot aanvoerder zijn terecht, maar die hoef je niet op een dergelijke wijze direct na de eerste wedstrijd op Bergwijn zelf af te vuren. Veel logischer zou het zijn om deze aan Maurice Steijn voor te leggen, aangezien hij degene is geweest die tot deze keuze is gekomen. Gelukkig liet Bergwijn direct een stukje aanvoerderschap zien door de heren rustig te woord te blijven staan en vriendelijk te glimlachen. Hij stond erboven.

Ik voorzie echter nog een andere lastigheid voor Bergwijn en ik kan me toch moeilijk voorstellen, dat Maurice Steijn dit zelf ook niet al doorzien heeft: Er is een echte aanvoerder bij Ajax en die luistert naar de naam Branco van den Boomen. Deze speler voldoet in vele opzichten aanzienlijk beter aan de eigenschappen, die doorgaans aan een aanvoerder toegekend worden. Bij zijn eerste oefenwedstrijden voor Ajax was direct te zien dat Van den Boomen verantwoordelijkheid wil nemen voor het spel. Hij maakt zich continu aanspeelbaar en met zijn uitstekende korte passing en prachtige crossballen ligt een groot deel van het initiatief bij hem. Met een lengte van 1.88 meter is hij net wat langer, met 28 jaar net even iets ouder en afgelopen seizoen won hij met Toulouse op overtuigende wijze de Franse beker door Nantes met 5-1 in de finale te verslaan. Ook zijn statistieken zijn keurig in orde: Vorig seizoen kwam hij in de Ligue 1 als middenvelder tot 5 doelpunten en 8 assists en het jaar daarvoor had hij in de Ligue 2 met 12 doelpunten en 21 assists een groot aandeel in de promotie van de club. Maar een aanvoerder moet ook kunnen praten. Misschien komt hij wel niet zo makkelijk uit zijn woorden bij een interview of in de kleedkamer? Wie de interviews na afloop van de oefenwedstrijden heeft gezien, zag een Branco van den Boomen die duidelijk een visie had over het spel van het team als geheel en nog belangrijker: Hij durfde zijn vinger direct op de zere plek te leggen. Achterin was het met jeugdspelers Aertssen en Salah-Eddine te weinig. Er moest versterking komen.

Je zou maar trainer van Ajax zijn en Branco van den Boomen als reserve-aanvoerder hebben. Wat een luxe.